Het weer speelt een ongewenste rol tot nu toe. Na een pittig dagje klimmen tegen korte steile heuveltjes op, vooral even voor, in en bij het verlaten van Perugia, loopt de middag weer op zijn einde. En pakken donkere wolken weer samen. Ternauwernood ontsnapt aan een fikse onweersbui. Regen, geen donder en bliksem. Wel even verderop, dat kon je mooi zien als je vanaf een hoogte het dal in keek. Aangekomen bij het Lago Trasimeno, waar Hannibal de Romeinen in de pan hakte (overigens waren al zijn olifanten al gesneuveld), bleek dat aan het meer geen druppel gevallen was.
Een bui tegen het eind van de middag is een vast onderdeel van het dagelijkse weerbeeld. En dat is lastig qua timing. We zijn bijna genoodzaakt om s’morgens wat eerder te beginnen en er voor te zorgen dat we zo rond een uur of vier, half vijf binnen zijn. Of ons dat gaat lukken is zeer de vraag. We houden namelijk erg van een rustig begin van de dag. En dus, bijna elke dag, zo rond 16,30 uur liggen wij plat over en op het stuur om tijdig de finish te halen. En soms kom je dan uit op een ongewenste plek, die ook verrassend mooi kan zijn. Zoals een prachtplek, met een fantastisch uitzicht over het meer van Trasimeno.
De andere ochtend. Surprise, surprise ……..worden wakker met …..regen. Gelukkig rond 10.00 uur is het weer droog. Doen onderweg boodschappen en lunchen op een bankje. In het zonnetje. Zo maar ergens in het wild. Aan een onverharde weg, even buiten Pasignano. Ook daar een surprise …..een wild zwijn komt in onze richting. Is op inspectietocht. Kijkt naar ons, vangt de geur op van vers brood met kaas op, maar besluit toch, 100 meter voor ons, het struweel weer in te duiken. We kijken naar elkaar …..zeggen dan iets in de trant van ‘zag je dat ….een wild varken’ en werken het volgende broodje kaas naar binnen. Het resultaat van onze ruime ervaring met wilde beesten. Die zijn huiverig voor een mens. En dat zal niet voor niks zijn. De homo sapiens is bij tijd en wijlen een volstrekte idioot, die onbetrouwbaar is voor zijn omgeving.
We fietsen een half rondje om het meer heen, via de noordkant. Over meest onverhard pad. Bijna geen autoverkeer. Hier en daar met wat stenige ondergrond, maar daar zijn we op voorbereid. Ook (helaas) geen overstekend wild. Die zien ons, twee gehelmde toeristen, wel voorbij komen. Zullen op hun beurt elkaar ook wel aankijken ……’rare snoeshanen die fietsers’ en gaan vervolgens verder met het volgen van hun dierlijke instincten.
Als we bijna het meer weer verlaten, op de grens van Umbrië en Toscane, wijken we even af van onze route. Op 4 km afstand ligt het plaatsje Terontola. In dit dorpje is een treinstationnetje. En op dat stationnetje vertrokken in de Tweede Wereldoorlog vele ondergedoken, joodse bewoners, met vervalste identiteitspapieren. Om zo het land uit te vluchten. Een cruciaal moment was nog wel de controle van de papieren. We kenden dit verhaal en wisten ook dat ook ‘onze’ Gino, die per slot van rekening in deze streek woonde en hier rondfietste, hier op deze voor Joodse bewoners cruciale moment aanwezig was. Als bliksemafleider. Kopje koffie in de stationshal. En een onrustige menigte die vooral belangstelling had voor hun wielerheld. Winnaar van grote prijzen in binnen en buitenland. De autoriteiten hadden daardoor meer aandacht voor het rumoer rond de sportheld dan het controleren van reisdocumenten.
Het is een klein dorpje, dus het station is gauw te vinden. We zetten onze fietsen buiten tegen de gevel. Lopen door de aankomst- en vertrekhal en komen op het perron uit. En zien meteen een sterk in het oog vallende plaquette aan de muur. De stationsklok een eindje verderop. Een keurig geklede man, reiziger met rolkoffer, ziet ons kijken naar het monumentje aan de muur. Twee fietsers, die speciaal voor Bartali, hier naar toe zijn gekomen, om hem te eren. Waar we vandaan komen. Nederland. ‘Mijn zoon studeert artificial intelligence (kunstmatige intelligentie) in Maastricht’. Een verder gesprek zit er helaas niet in, zijn trein vertrekt zo.
Zo herdenk je je helden. We drinken tegenover het stationnetje nog een cappuccino en rijden vervolgens Toscane in. De eerste cipressen vullen al snel het beeld van de omgeving. En zo rond half vijf liggen wij weer plat op het stuur en zijn nog net voor de eerste druppels vallen in Bettolle. Niet de geplande bestemming, maar ach … ook vanuit Bettolle is, als de weergoden het toelaten, een dag fietsen van Siena.